Mokio noemt zijn doelpunt zondag een 'mooi moment'. "Het was mijn tweede goal voor Ajax. Ik kreeg de bal van Lucas Rosa, deed een schijnbeweging en gaf een lange bal op Oliver Edvardsen. Na de sprint om het af te maken was ik kapot", lacht hij. De timing was het moeilijkste. "Ik moest zorgen dat wanneer Kenneth de bal gaf ik ervoor moest gaan."
'Stijf links'
Op zijn schoenen heeft de Belg 'stijf links' staan. Al maakte hij het doelpunt tegen NAC, net als zijn eerste tegen Union Saint-Gilloise, met rechts. "Gewoon mikken", glimlacht hij. “Maar die spreuk blijft, want eigenlijk doe ik weinig met rechts. Ik loop er alleen mee."
Tijdens de laatste interlandperiode viel er nog meer te vieren voor Mokio: hij debuteerde voor België. "Een hele mooie ervaring. Om met grote spelers zoals Kevin de Bruyne, Romelu Lukaku en Jérémy Doku te spelen was altijd een droom. En die is uitgekomen, nu al. Ik had niet verwacht dat het op mijn zeventiende al zou gebeuren."
Beter willen worden
Mokio blijft ondanks dat hij in een 'goede flow' zit realistisch. "Op elke training moet je jezelf laten zien en beter willen worden. En als ik soms even iets minder speel, vertrouw ik erop dat het weer komt. Ik ben pas zeventien en dat moet je niet vergeten. Maar ik ben blij met mijn minuten. Ik ben officieel een Jong Ajax-speler, maar als de trainer van 1 me nodig heeft, ben ik er gewoon."
"Geduld hebben en dan komt het moment wel", gaat hij verder. "En dan je moment grijpen." Na zijn doelpunt zondag liet hij met zijn vingers het getal 24 zien. "Het is voor mijn oom. Hij is overleden en het was zijn favoriete nummer. Ik vond het mooi om te doen en het was een beetje emotioneel. Alles kwam samen: de pass, de loopactie en de goal. Ik vond dit het juiste moment om het te doen voor hem."