Wiggemansen sprak als voetballer misschien niet erg tot de verbeelding, maar binnen Ajax zelf lag dat heel anders. De oud-speler van het eerste elftal was een clubman pur sang en in verschillende rollen belangrijk voor Ajax, zeker voor de jeugd op de Toekomst.
‘Wat zou de D1 zijn zonder jullie leider?’, vroeg een verslaggever van Ajax TV in 2008 aan een van de spelertjes van het jeugdteam van elftalbegeleider Wiggemansen. 'Een flop', antwoordde het jochie lachend. Eerder in het filmpje bliezen ook andere jeugdspelers de loftrompet over hem. Het is ook nu nog voor te stellen: Wiggemansen was een baken van rust én Amsterdamse humor.
Knap begin
Zijn eerste stappen bij Ajax zette Wiggemansen in 1980, als net aangetrokken linksbuiten. Het jaar ervoor was hij nog actief bij FC Amsterdam, waar hij zich eigenlijk al had neergelegd bij een bestaan als semi-prof in de eerste divisie. Meesterscout Tonny Bruins Slot ontdekte de Amsterdammer bij Zeeburgia.
Dat Wiggemansen door de bestuurders Ton Harmsen en Arie van Eijden last-minute naar Ajax werd gehaald, was ook voor Wiggemansen zelf een totale verrassing. Hij dacht aanvankelijk zelfs dat het allemaal om een grap ging.
Trainer Leo Beenhakker zou in de overgang van de linksbuiten niet gekend zijn, wat voor Wiggemansen natuurlijk geen prettige binnenkomer was. ''Aan zijn hele houding merkte ik dat ik er niet bij hoorde'', keek Wiggemansen terug op zijn samenwerking met Beenhakker. ''Hij sprak haast nooit met me. Ik ben wel eens naar hem toegestapt om er met hem over te praten, vroeg wat de bedoeling was. Hij vertelde me, dat-ie ertegen was geweest, dat ik werd aangekocht. Maar dat-ie er ook niets meer aan kon veranderen."
Ajax schreeuwde echter om aanvallende versterking na de bliksemtransfer van Simon Tahamata. De club kon die periode het Deense toptalent Jesper Olsen nog niet binnenhalen. De 18-jarige moest eerst zijn opleiding afmaken. Olsen liep stage bij een bank. Ook tot verrassing van Beenhakker werd als alternatief Wiggemansen aangetrokken.
Doelpunt bij debuut
Ondank de merkwaardige aanloop naar het seizoen, kwam Wiggemansen dat eerste seizoen wel degelijk tot aardig wat wedstrijden. Zijn debuut tegen Roda JC in augustus 1980 fleurde hij direct op met een doelpunt. Ajax keek halverwege het thuisduel met de Limburgers tegen een 0-2-achterstand aan. Mede door de treffer van debutant Wiggemansen (2-2), won Ajax met 4-2.
Bovendien maakte Wiggemansen in het met 2-1 gewonnen Europa Cup 1-duel met Bayern München de openingstreffer. Het was een even onverwachte als knappe start van Wiggemansen, voor wie het verschil in niveau en intensiteit tussen FC Amsterdam en Ajax natuurlijk groot was. Andere hoogtepunten in de Ajax-loopbaan van Wiggemansen waren de met 4-1 gewonnen Klassieker in mei 1981 en een basisplaats in de helaas van AZ’67 verloren bekerfinale. Ook speelde hij onder meer mee in de Europese duels met Dinamo Tirana.
De trainerswissel van Beenhakker, die soms vechtlust miste bij Wiggemansen, voor Kurt Linder pakte niet goed uit. De Duitse coach zag het niet zitten in Wiggemansen. Linder kreeg bovendien wél de beschikking over Olsen. ''Ik weet van mezelf dat ik er af en toe wat feller in moet gaan'', wierp Wiggemansen een blik in de spiegel. ''Op bepaalde momenten ontbreekt het me aan agressiviteit. Ik zal daar bewust aan moeten werken op de training en vooral in de wedstrijd. Maar die 'over-mijn-lijk-mentaliteit', zoals Lerby heeft, zal ik nooit krijgen.''
Clubman
De concurrentiestrijd met Olsen - de Deen werd in no-time een publiekslieveling - kon Wiggemansen niet winnen. Wiggemansen kwam in het seizoen 1980/1981 tot 24 duels en twee goals. In het daarop volgende seizoen ‘81/'82 kwam Wiggemansen nog tot een handvol duels. Zijn laatste duel was Ajax – NAC, 2-2 op 16 oktober 1981. Ajax kende een tegenvallende eerste seizoenshelft. Met de terugkeer van Johan Cruijff als Ajacied in december vond de club de weg weer omhoog. Ajax sloot het seizoen af met een glorieus gewonnen landstitel.
Wiggemansen verruilde Ajax vervolgens voor het Zwitserse Lugano. Na een korte periode keerde hij in Nederland terug als speler van PEC Zwolle. In totaal speelde Wiggemansen zo’n honderd wedstrijden in het betaald voetbal. Nog voor zijn dertigste stopte hij met voetballen.
Wiggemansen had vooral ook als semi-profvoetballer altijd goed om zich heen gekeken. Daarbij leerde hij in zijn Ajax-jaren veel van de iconische assistent-trainer Bobby Haarms, die hard maar ook menselijk was in zijn benadering van voetballers.
Jeugdleider
Dat kwam Wiggemansen uitstekend van pas na zijn actieve spelersloopbaan, waarin hij bij Ajax dus onder meer actief werd als begeleider bij jeugdelftallen. Op de Toekomst groeide hij de voorbije jaren uit tot een vertrouwd gezicht en een belangrijk persoon voor de Ajax-talenten van de E2, D1 en de C1. Wiggemansen moest zijn taken als jeugdleider in 2021 uiteindelijk neerleggen vanwege gezondheidsklachten. Zijn laatste wedstrijd als speler van Lucky Ajax lag toen ook al ver achter hem.
Ajax wenst de nabestaanden van Martin Wiggemansen veel sterkte met de verwerking van dit verlies.